Schrijven gaat bij mij meestal iets anders dan bij vele andere schrijvers. Ik heb geen verhaallijn, ik heb geen idee waar het over zal gaan en ik heb totaal geen beeld van de kant die ik opga en wat het plot is.
Dat klinkt verwarrend en dat is het natuurlijk ook wel. Elke dag dat ik denk: ik wil schrijven, ga ik achter de laptop zitten en lees het laatste hoofdstuk door. Ik zie daarna de zinnen van het volgende hoofdstuk vanonder mijn vingers op het beeld voor mij vloeien. Verbaasd over wat er nu weer gebeurde met de hoofdpersonen in het verhaal. Ik schreef in de laatste hoofdstukken die ik had gemaakt over woede uitbarstingen en wist niet goed hoe dat in dit verhaal paste. Totdat ik gisteren opeens een alinea schreef en zag waar het allemaal naar toe leidde.
Opeens snapte ik wat het verhaal wilde vertellen. En het maakte me zo gelukkig. Ik zag opeens in, dat alles wat ik geschreven had in de voorgaande 140 bladzijden hier naar toe gewerkt had. Hoe bestaat het dat zinnen zich aaneen rijgen en het verhaal gewoon in elkaar past en dan zelfs een kop en een straat krijgt.
Ik ben superblij. Het plot moet nog geschreven worden, maar ik weet nu waar het naar toe gaat.
Margreet K. Peta